De Alfa Romeo RL Super Sport, winnaar van de prestigieuze Targa Florio in 1923, een van de meest mythische races ter wereld, zal worden voorgesteld in het Alfa Romeo-paviljoen op de Zoute Grand Prix 2019 die plaatsvindt van 10 tot 13 oktober.Het is op dit model dat het beroemde klavertjevier voor het eerst verscheen als hét symbool van de wedstrijdwagens van Alfa Romeo.Het model komt uit de prestigieuze Alfa Romeo-collectie in het Museo Storico in Arese, de historische zetel van het merk dat in juni 2020 zijn 110de verjaardag zal vieren.FCA Belgium krijgt voor dit project de medewerking van FCA Heritage.
Met zijn uniek sportief erfgoed neemt het merk Alfa Romeo opnieuw deel aan de traditionele Zoute Grand Prix, met een model dat zijn geschiedenis mee heeft getekend: een Alfa Romeo RL Super Sport “Targa Florio” uit 1923, in bruikleen van het Museo Storico Alfa Romeo.
De lijn van de Alfa Romeo RL begint in 1921, door zijn profiel te bewaren voor schitterende prestaties, ook op wedstrijden. De zescilinder-lijnmotor van 3 liter waarmee dit model is uitgerust maakt het mogelijk om te voldoen aan een hoogste sportieve eisen. . De RL “Sport” wordt ook geproduceerd en verkocht vanaf 1922, naast de “Normale” RL.
De zescilinder van 2916 cm3 van de Normale-versie genereert 56 pk terwijl de Sport-versie, die zich onderscheidt door zijn typische radiator in tweevlakshoekvorm, beschikt over een iets hogere cilinderinhoud, namelijk 2994 cm3 dankzij een boring van 76 in plaats van 75 mm (terwijl de koers ongewijzigd blijft op 110 mm) en de iets hogere compressieverhouding (5,5:1 in plaats van 5,2:1,). Het vermogen stijgt tot 71 pk. De wielbasis en vooral het verminderde gewicht maken een maximumsnelheid van meer dan 110 km/u mogelijk voor de Normale-versie en
130 km/u voor de Sport-versie.
Voor de 6a- en 7a-reeks, vanaf 1925, wordt de Sport-versie vervangen door de Super Sport-versie waarvan de motor 83 pk haalt. De zescilinderlijnmotor van drie liter is uit een stuk vervaardigd en heeft een kop in gietijzer, een laterale nokkenas bediend met naven, twee kleppen per cilinder, twee carburateurs en een ontsteking met magneet onder hoogspanning. De grootste trommelremmen (420 mm diameter), een versnellingsbak met 4 versnellingen, plus achteruitversnelling bediend met de centrale hendel en altijd een maximumsnelheid van 130 km/u.
Op een totaal van 2.631 Alfa Romeo RL’s die zijn geproduceerd tussen 1922 en 1927, waren er 392 Super Sport-uitvoeringen: 304 van de 6a-reeks uit 1925 en 88 van de 7a-reeks tussen 1926 en 1927.
Het decor van de grootste overwinningen van de RL is het Targa Florio, waar Alfa Romeo in 1923 (in spiderconfiguratie met 2 plaatsen) een dubbele overwinning in de wacht sleepte. De winnaar is Ugo Sivocci en een derde RL plaatst zich in de vierde positie. Voor de eerste keer verschijnt op de wagens van Sivocci een groen klavertjevier op een witte achtergrond, dat al gauw het wapen wordt van de Alfa Romeo voor wedstrijden en de meer sportieve versies. Talrijke piloten kiezen de RL om te winnen: van Giulio Masetti tot Antonio Ascari, van Giuseppe Campari tot de jonge Enzo Ferrari.
De archieven van het Targa Florio van 1923 maken gewag van een onwaarschijnlijke finale. Alfa Romeo komt aan de start met vijf RL’s bestuurd door Antonio Ascari (de vader van de toekomstige wereldkampioen F1, Alberto), Giuseppe Campari, Giulio Masetti, Enzo Ferrari en Ugo Sivocci. In de vierde en laatste ronde op het circuit van Madonies komt Ascari tussen de heuvels terug tot in eerste positie, maar in de bocht aan het station van Cerda, op ongeveer tweehonderd meter van de finish, valt zijn wagen stil als gevolg van een technisch probleem. Met behulp van de monteurs, die enthousiast zijn ingestapt in de wagen, slaagt Ascari erin als eerste over de finish te rijden, maar de commissarissen vragen hem achteruit te rijden en de wedstrijd zonder passagiers te voltooien. Tot dusver tweede, verschijnt Sivocci om de eerste van zes overwinningen in de wacht te slepen: van Alfa Romeo tot Targa Florio, alsook de eerste internationale overwinning van de Milanese autobouwer.
Op de eerste editie van de Mille Miglia, in 1927, zet Alfa Romeo in op vijf RL’s Super Sport: twee officiële, met aan het stuur Brilli Peri-Pesenti en Marinoni-Ramponi, en drie privéteams. De RL’s SS doen het bijzonder goed en Gastone Brilli Peri bereikt Rome op de eerste plaats, maar hij wordt verplicht om zich terug te trekken in Spoleto. Zo is de beste positie van de nieuwe Alfa Romeo RL’s Super Sport de zevende plaats van het duo Mercanti (onder het pseudoniem “Frate Ignoto”) en Sozzi, dat de derde plaats in het klassement behaalt. Het andere privéteam, Gutermann-Munaron, is negende van de 77 teams die zijn vertrokken in Brescia.
Museo Storico Alfa Romeo
Het Museo Storico Alfa Romeo werd opgericht op 24 juni 2015 bij de presentatie in “wereldpremière” van de nieuwe Alfa Romeo Giulia, la Macchina del tempo. Het museum opende de deuren voor het publiek op 30 juni 2015 en verwelkomt dagelijks (behalve dinsdag) bezoekers van 10 tot 18 uur (op donderdag avondopening tot 22 uur). Meer informatie is ook beschikbaar op onze websitewww.museoalfaromeo.com. Het wordt erkend door liefhebbers van het merk en autofans van over de hele wereld en telt jaarlijks meer dan 100.000 bezoekers.
Het museum is de perfecte plaats om de opvallendste modellen uit de collectie van Alfa Romeo, die is ontstaan sinds de jaren 60, voor te stellen. Het is opgericht in 1976 en was enkel open voor bezoekers op vraag. Na de stopzetting van de productie in Arese en de stopzetting van de rol als beslissingscentrum, sloot het museum in 2009 definitief de deuren.
Als stakeholder van het globaal herstelplan van Alfa Romeo werd het Musée d’Arese – een symbolische plek in de geschiedenis van de onderneming – aangeduid als epicentrum van de wedergeboorte van het merk. Eind 2013 werd architect Benedetto Camerana aangesteld om een nieuw project voor te stellen, dat de doelstellingen van de wedergeboorte weerspiegelde, maar tegelijkertijd de huidige constructie behield. Er werd begonnen met de werf in de zomer van 2014 en in minder dan 12 maanden realiseerde FCA Partecipazioni de volledige restauratie van het gebouw.
Het architectuurproject herontwikkelt de functie van het directiecomplex, en past het aan de activiteiten en de verwachte bezoekersstromen aan. Het belangrijkste designelement is de rode structuur die doorheen het hele project slingert: van het dak naar boven de bezoekersingang tot binnen en aan de start van het museumparcours. Deze laatste architecturale toevoeging, die zichtbaar is vanop de nabij gelegen autosnelweg, is het symbool van de heropstanding van het museum: een modern concept in een architecturale context uit de jaren 70, dat verleden, heden en toekomst met elkaar verbindt.
De inrichting van het museum focust op de belangrijkste elementen van het typische DNA van Alfa Romeo, via een verticale lichtinstallatie doorheen het hele gebouw: lampen, woorden en symbolen die tot leven komen in een display op een neerwaartse structuur, het symbool van de stilistische continuïteit en de technologische consistentie doorheen de tijd.
De expositie toont 69 modellen die niet alleen het merk het meest mee hebben ontwikkeld, maar ook een bijdrage hebben geleverd aan de evolutie van de auto in het algemeen. Sinds de allereerste wagen van A.L.FA., de 24 pk, tot de legendarische modellen die overwinningen behaalden op de Mille Miglia zoals de 6C 1750 Gran Sport bestuurd door Tazio Nuvolari, de 8C Touring en de Formule 1 Gran Premio 159 “Alfetta 159” bestuurd door Juan Manuel Fangio; van de Giulietta, het iconische model uit de jaren 50, tot de 33 TT 12.
De kern van het merk werd samengebald in drie lijnen: Timeline voor industriële continuïteit, Beauty voor stijl en design, en Speed voor technologie. Elk thema heeft in het museum een eigen verdieping gekregen.