Op 12 juli 1959 debuteerde de Maserati Tipo 60 ‘Birdcage’ op Rouen. In de Sport-klasse versloeg Stirling Moss (30) twee Lotus 15’s en zette de snelste ronde neer met een tijd van 2:28,5 minuten – gemiddeld 158,594 km/u. Deze zege was de eerste uit een lange reeks. De Birdcage won vier Italiaanse heuvelklimkampioenschappen (in 1960, 1961 en 1962 met Odoardo Govini, en in 1963 met Nino Todaro) en twee Italiaanse raceklassementen (in 1960 met Mennato Boffa en in 1963 met Nino Todaro).
In 1958 besloot de familie Orsi – destijds eigenaar van Maserati – om ingenieur Giulio Alfieri in dienst te nemen, en hem nieuwe technieken te laten ontwikkelen die de racewagens nog sneller maakten. Alfieri kreeg carte blanche, en had aanvankelijk het plan om een monocoque te bouwen, maar uiteindelijk zag hij daar toch van af. In oktober 1958 bespraken Alfieri en zijn medewerkers hoe een laag gewicht gecombineerd kon worden met een hoge torsiestijfheid. Ze ontwierpen een revolutionair chassis dat bestond uit zo’n 200 korte buizen met een diameter van 10 en 15 mm. De constructie had veel weg van een vogelkooi – vandaar de bijnaam ‘Birdcage’.
In het midden van het chassis kreeg de Tipo 60 een 2-liter viercilindermotor, die in een hoek van 45 graden werd gelegd om ruimte te besparen en het zwaartepunt laag te houden. Dit droeg bij aan een geweldige balans. De motor was gebaseerd op die van de 200S, maar kreeg een nieuw ontwikkelde cilinderkop, waarbij de uitlaatkanalen naar de rechterkant verhuisden. Ook de boring en slag werden gewijzigd: 92 x 75 mm, in plaats van 93,8 x 72 mm zoals in de 200S werd toegepast. De motor werd gevoed door twee Weber 45 DCO3-carburateurs. Met de dubbele ontsteking van Marelli bedroeg het maximumvermogen 200 pk. De wielophanging bestond uit schroefveren aan de voorzijde en een De Dion-as met een enkele dwarsgeplaatste bladveer achter. De Tipo 60 woog slechts 570 kilo.
De eerste auto werd gebouwd in mei 1959, met een chassis dat was opgebouwd met massieve buizen van hoge-kwaliteit chromiumstaal. Stirling Moss werkte verschillende tests af op de Aeroautodromo bij Modena en op de Nürburgring. Alfieri kwam echter tot de ontdekking dat er door de hoge stijfheid van het staal haarscheurtjes ontstonden in de lasverbindingen, waardoor de veiligheid van de coureur op het spel kwam te staan. Tot ieders verbazing besloot Alfieri over te stappen op staal van een lagere kwaliteit. Zijn theorie was dat met een buigzamere staalsoort minder krachten op de lasverbindingen kwam te staan. Het werkte.
Na de overwinning op Rouen, op 12 juli 1959, volgden tal van andere prestigieuze resultaten. Veel privéteams en gentleman drivers die de hoge aanschafwaarde konden veroorloven, klopten bij Maserati aan voor de Tipo 60 ‘Birdcage’.
Ook in de V.S. was veel belangstelling voor de ‘Birdcage’, vooral van teams die raceten in de 3-liter Sportscar-klasse. Dit moedigde Maserati aan om de viercilinder te vergroten naar 2.890 cc. Resultaat: 50 pk extra vermogen en een gewicht van bijna 600 kilo, als gevolg van de dikkere cardanas. Het verbruik van de Tipo 61 gedoopte racewagen bleef min of meer onveranderd, zodat het aantal tankstops tijdens langeafstandsraces drastisch verminderd kon worden. In 1960 kwam Maserati niet uit als officieel fabrieksteam, maar steunde het Lloyd Casners U.S. Camoradi team, dat twee Tipo’s 61 inschreef voor de 1.000 Kilometer van de Nürburgring. Stirling Moss en Dan Gurney wonnen de race, Masten Gregory en Gino Munaron finishten als derde. Tijdens de 24 Uur van Le Mans behaalde één van de Tipo’s 61 een snelheid van 270 km/u, een nieuw record in de 3-literklasse. In hetzelfde jaar wisten Masten Gregory en Lloyd Casner nogmaals te winnen op de Nürburgring, vóór de Ferrari 250 TR 61 van de gebroeders Rodriguez uit Mexico.
De laatste twee Tipo’s 61 werden gebouwd in januari en februari 1961. In hetzelfde jaar werden ook nog drie Tipo 61/76 motoren gebouwd
Technische specificaties Tipo 60 – Tipo 61
Motor:
viercilinder lijnmotor
Slagvolume: 1.990 cc – 2.890 cc
Vermogen: 200 pk – 250 pk
Transmissie: mech. vijfversnellingsbak + achteruit, één geheel met
differentieelhuis
Chassis: ‘birdcage’
Gewicht: 570 kg – 600 kg
Topsnelheid: 270 km/u – 285 km/u