- Mijlpaal: mythische sportwagen rolt voor het eerst van de band in 1968
- Publiekslieveling: succes in en buiten Europa overtreft alle verwachtingen
- Onvergetelijk: Opel GT onsterfelijk in slechts vijf productiejaren
- Start verjaardagsviering: Opel GT present op ‘Bodensee-Klassik’
“Nur Fliegen ist schöner…” – alleen vliegen is beter. Vier woorden volstaan om passie op te wekken en te doen dagdromen. Net als de reclameslogan is ook de auto zelf een klassieker geworden: de Opel GT sportwagen, waarvan het eerste exemplaar 50 jaar geleden van de band rolde. Toen al was het, net als nu, een echte droomauto en een mijlpaal in de geschiedenis van de auto. De ‘Bodensee-Klassik’ voor oldtimers in mei is de eerste gelegenheid om de verjaardag van de Opel GT te vieren. Het hele jaar lang zullen de fans het stijlicoon opnieuw kunnen ontdekken op heel wat andere evenementen.
Experimental GT: Opel-ontwerpers tonen het nodige lef
Om exact te zijn, begon de loopbaan van de Opel GT niet 50 maar 53 jaar geleden, met een big bang op het Internationale Autosalon IAA van Frankfurt in 1965. Het bedrijf presenteerde er een tweezits sportauto. Met zijn strakke koetswerk, lage neus met openklappende koplampen, bolle wielkasten en scherpe achterkant leek hij in geen enkel opzicht op enige andere auto ooit getoond door een Europese constructeur. De gewelfde externe vormgeving werd al gauw vergeleken met een Coca-Colafles en daarom ‘Coke Bottle Shape’ genoemd. Aanvankelijk beschreef Opel de ‘Experimental GT’ – de eerste conceptwagen van een Duitse constructeur – als een hoogperformante studie. Hij werd ontworpen door Erhard Schnell en zijn team in de gloednieuwe ‘Styling Studio’ in Rüsselsheim – het eerste designcenter van een Europese autofabrikant.
Erhard Schnell herinnert zich nog dat de ontwikkeling van de GT een groot geheim was: “Eerst was het gewoon een stijlproject. Mijn baas had niets verteld aan het management. Maar toen de studie bijna af was, kon hij het niet langer voor zich houden. Wij waren er echt niet gerust op toen de Experimental GT voor het eerst werd voorgesteld. Wat een opluchting toen het managementteam spontaan begon te applaudisseren. Ze waren uiterst enthousiast!”
Hun lef werd beloond op het Internationale Autosalon van Frankfurt, waar de media en het publiek de GT zeer enthousiast onthaalden. Niemand had van Opel zo een radicale sportauto verwacht. Zes jaar na de eerste ontwerpschets en slechts drie jaar nadat het project groen licht kreeg, was het GT-prototype een productieauto.
Grensoverschrijdende samenwerking voor grenzeloos plezier
De eerste Opel GT rolde in 1968 van de band. Het was een vroeg voorbeeld van Frans‑Duitse samenwerking. Carrosseriebouwer Chausson en Brissonneau & Lotz had al eerder met Opel samengewerkt en was een betrouwbare partner gebleken. Het Franse bedrijf zorgde voor de pers-, las- en lakwerken en het interieur van de GT alvorens de wagen naar Duitsland te sturen, waar het chassis en de motor werden gemonteerd.
Kopers van een GT konden kiezen uit twee viercilindermotoren, namelijk de 1,1-liter motor met 60 pk uit de Kadett en de 1,9-liter met 90 pk uit de Rekord. Vooral de GT 1900 was van meet af aan erg populair. Hij haalde een maximumsnelheid van 185 km/u en versnelde vanuit stilstand tot 100 km/u in 11,5 seconden: precies wat de kopers wilden. De achterwielen waren aangedreven door een handgeschakelde vierversnellingsbak. Europese klanten waren amper geïnteresseerd in de optionele automatische drieversnellingsbak, maar aan de andere kant van de Atlantische Oceaan was die transmissie wel enorm populair.
Friedhelm Engler, Design Director Exterior bij Opel, beschrijft het gedrag van zijn collega’s uit die tijd als “Gedurfd! Een concept met centraal geplaatste motor vooraan op basis van de Kadett B was nogal gewaagd. In plaats van beproefde onderdelen uit de massaproductie in een nieuwe buitenkant te steken, hadden ze het lef om met iets radicaals te komen: een echte Gran Turismo. Men kan stellen dat de GT staat voor branie in staal!”
Revolutionair aan binnen- en buitenkant
Het koetswerk van de productie-GT was wezenlijk anders dan dat van de originele wagen, met een nog sportievere uitstraling. De voorpartij was groter, met een kortere overhang. Dankzij de gespierde uitstulpingen voor het inlaatsysteem was een lagere motorkap mogelijk. De rechthoekige openklappende koplampen van de Experimental GT werden vervangen door verleidelijke ogen, die de auto nog herkenbaarder maakten. De krachtige en tegelijkertijd elegante lijnen verlaagden de luchtweerstand zonder te veel lift toe te voegen, zodat de auto ook bij hoge snelheden op de autosnelweg stabiel bleef. Er dook wel een ander, onverwacht probleem op: volgens het persbericht van september 1968 konden de prototypes van de GT nergens rondrijden zonder te worden opgemerkt door de pers omdat de sensuele, aerodynamische vorm elke camouflage onmogelijk maakte.
Net als de buitenkant heeft ook het interieur van de GT een zekere flair waar fans tot op vandaag warm voor lopen, met kuipzetels, een stuurwiel met drie spaken en ronde instrumenten. De ontwerpers van de GT speelden in op emotie, maar hechtten ook veel belang aan veiligheid. Ze gaven hun creatie bijvoorbeeld driepuntsgordels mee, integrale kantel- en zijaanrijdingbescherming en een veiligheidsstuurkolom.
Succes in de motorsport en recordbrekende auto’s
Met zijn lage zwaartepunt, stabiele koetswerk en dynamische chassis was de GT voor de autosport geboren. De Conrero GT’s bijvoorbeeld boekten in het begin van de jaren 70 tal van successen in langeafstandsraces. Dr. Georg von Opel, de kleinzoon van de oprichter van het bedrijf, bouwde de GT in 1971 om tot een elektrische auto die een maximumsnelheid van 189 km/u haalde en meerdere wereldrecords vestigde. In juni 1972 produceerde Opel een GT met dieselmotor, die twee wereldrecords en achttien internationale records vestigde op het testterrein in Dudenhofen. De topsnelheid van 197 km/u over 1000 meter was een sensatie voor de dieselauto’s van toen. GT-designer Schnell herinnert zich hoe de diesel-GT aan zijn nog lagere vorm kwam: “We hadden een beperkt budget. Dus namen we een auto die als cabriolet bedoeld was en sneden we er gewoon de voorruit af!”
In 1969 zag het ernaar uit dat een droom zou uitkomen voor fans van dakloze auto’s, toen Opel de Aero GT cabriolet met elektrisch inklapbare achterruit en afneembaar dak voorstelde op het IAA. Helaas bleef het bij een ontwerpstudie.
Hoe dan ook, de GT bleef de klanten boeien tot het einde van zijn productie in 1973. Dankzij zijn prestaties, unieke vormgeving en aantrekkelijke prijs overtrof de populariteit van de GT alle verwachtingen. Op een tijdspanne van slechts vijf jaar werden er in totaal 103.463 exemplaren gebouwd. Niet alleen Europese, maar ook Noord-Amerikaanse klanten hielden van Opels radicale sportauto, die nog steeds veel fans heeft aan beide kanten van de Atlantische Oceaan. De GT bewijst tevens dat de designers en ingenieurs van Opel toen al het samengaan van Duitse precisie met sculpturale vormgeving in het achterhoofd hadden. Of om het met de woorden van Duitse acteur en GT-bestuurder Ken Duken te zeggen: “De reclame had het mis – vliegen is niet beter!”